Behangersbijen (Megachile) leven niet in kolonies, ofwel staten, en worden ook wel 'bladsnijders' genoemd. Deze bijen zijn solitair en bouwen op zeer zorgvuldige wijze met behulp van uitgeknipte bladeren een kleine cel met een voedselvoorraad die bestaat uit nectar en pollen. Aldus hebben de jonge bijen voldoende te eten tot ze het volgende voorjaar kunnen uitvliegen. Min of meer tragisch is dat de moederbijen sterven voordat de jongen uit de eitjes komen. Mede dankzij de lange en dichte beharing (buikschuier) zijn behangersbijen belangrijke bestuivers.
Inhoud
* Taxonomische indeling van behangersbijen (Megachile)
* Kenmerken
* Ogen
* Mandibels
* Poten
* Buikschuier
* Angel
* Nestbouw
* Het ingenieuze nest van de behangersbij
* Voortplanting en levenscyclus
* Mannetjes of vrouwtjes?
* Voedsel
* Verspreiding
* Belangrijke kenmerken van behangersbijen (Megachile)
Taxonomische indeling van behangersbijen (Megachile)
![]() |
Megachile lagopoda |
Kenmerken
Behangersbijen kan men relatief vaak nabij rozenstruiken spotten. Aangezien deze bijen de nesten met stukjes blad behangen, verandert menig rozenblad in korte tijd in een 'gatenkaas'. Ook is de behangersbij een belangrijke bestuiver, mede dankzij de buikschuier van dichte beharing aan het achterlijf waar het stuifmeel tussen blijft hangen.
Ogen
Dankzij de samengestelde facetogen kunnen behangersbijen zich uitstekend oriënteren.
Mandibels
Met de schaarachtige monddelen (mandibels) kunnen behangersbijen in korte tijd stukjes blad afbijten en doorknippen om de individuele nestcellen mee te behangen.
Poten
Behangersbijen zijn de enige bijen die geen arolia aan het uiteinde van de voeten (tarsus) hebben. Arolia zijn de hechtorganen bij geleedpotigen, zoals spinnen. Deze bijen kunnen dus niet over gladde oppervlakken omhoog kruipen, zoals een glazen raam.
Buikschuier
![]() |
Megachile montenegrensis |
Angel
De vrouwtjes hebben een angel waarmee bepaalde soorten flink kunnen steken.
Nestbouw
Om de talrijke individuele nestcellen te kunnen bouwen, knipt de behangersbij ovale stukjes blad uit de grote bladeren. Doorgaans 15 tot 20 stukjes voor elke cel. De stukjes worden zorgvuldig aan elkaar geplakt.
Het ingenieuze nest van de behangersbij
Elk eitje - en na het uitkomen ervan de larve - van de behangersbij krijgt een eigen nestkamer. In de meeste gevallen ziet men deze nestcellen in uithollingen van levend of dood hout, waarbij de openingen ongeveer 6 mm zijn. Ook hebben deze nesten de vorm van een vingerhoed, opgebouwd uit 15 tot 20 ovale stukjes blad, die gebruikt worden om er de celwanden mee te behangen. Een aantal ronde stukjes wordt voor de bodem en het deksel gebruikt. Met behulp van uithardend speeksel plakt de bij al die stukjes aan elkaar. Haar voorkeur gaat uit naar buigzame, zachte blaadjes, zoals blaadjes van rozen en andere bloemen.
Voortplanting en levenscyclus
Nadat de nestcel is gebouwd, worden er pollen en nectar in de holte gedeponeerd. De nectar braakt de bij uit haar honingmaag. Daarna zet ze een eitje af en maakt ze het nest dicht. Na het uitkomen van het eitje heeft de larve voldoende voedsel tot de jonge behangersbij kan uitvliegen.
Mannetjes of vrouwtjes?
![]() |
Megachile lerma |
Voedsel
Pollen en nectar. Daar leeft de behangersbij van. Allerlei soorten bloemen worden daarvoor bezocht en ‘gekeurd’. Opmerkelijk is dat behangersbijen het voor de mens onzichtbare ultraviolet licht kan waarnemen. Daardoor kan een bloem een breed kleurenpalet tonen aan de bij, terwijl de betreffende bloem voor mensen gewoon geel, rood of een andere kleur heeft. De ultraviolette ‘markeringen’ leiden de bijen naar de geschikte nectarbronnen, soms wel naar 20 bloemen per minuut als de soortenrijkdom in haar omgeving groot is. Onderwijl bestuift ze de bloemen en verzamelt ze pollen in de buikschuier waarmee de nestcellen van voedsel worden voorzien.
Verspreiding
Behangersbijen zijn wijdverbreid in heel Europa, Noord-Amerika en grote delen van Azië. Ze komen echter ook in kleinere gebieden van Afrika en Zuid-Amerika voor.
Belangrijke kenmerken van behangersbijen (Megachile)
- Lengte: 9-18 mm. De mannetjes zijn iets kleiner dan de vrouwtjes.
- Monddelen: de mandibels zijn schaarvormig en scherp; ze knippen er moeiteloos stukjes uit bladeren mee.
- Kleur: de mannetjes en vrouwtjes zijn donkerder en hariger dan de honingbij. Ook is het achterlijf meer afgerond.
- Gedrag: solitair. Behangersbijen vormen geen staten (kolonies).
- Voedsel: pollen en nectar.
- Levensverwachting: mannetjes 1 maand; vrouwtjes ca. 2 maanden.
- Soorten: in Nederland leven 13 soorten; wereldwijd zijn dat er ongeveer 1500.
Lees verder
> Wandelende takken (Phasmida) - meesters in camouflage
> Boktorren hebben een slecht imago
> De mysterieuze bidsprinkhaan
> Spinnen zijn geen insecten
> Veldsprinkhanen - kenmerken, leefwijze, voortplanting
Bronvermelding
Fotoverantwoording
. Inleidingsfoto: Behangersbij (Megachile fidelis); iNaturalist user: rojasburke, CC BY 4.0 <https://creativecommons.org/licenses/by/4.0>, via Wikimedia Commons
. Gideon Pisanty (Gidip) גדעון פיזנטי, CC BY 3.0 <https://creativecommons.org/licenses/by/3.0>, via Wikimedia Commons
. Gideon Pisanty (Gidip) גדעון פיזנטי, CC BY 3.0 <https://creativecommons.org/licenses/by/3.0>, via Wikimedia Commons
. Afsar Nayakkan, CC BY 4.0 <https://creativecommons.org/licenses/by/4.0>, via Wikimedia Commons